Samenwerking leidt tot een digitale gereedschapskist voor toekomstige geotechnische ingenieurs

Peter Madlener1, Jacco Haasnoot2, Léon Tiggelman3

  • 1VIKTOR, Rotterdam, Nederland
  • 2CEMS / CRUX Engineering, Delft, Nederland
  • 3Dura Vermeer Infra, Hoofddorp, Nederland

ABSTRACT

De ontwikkeling van digitale hulpmiddelen voor de ingenieur gaat snel. Sinds korte tijd is het als ingenieur mogelijk zelf softwareapplicaties te ontwikkelen via het applicatie ontwikkelplatform VIKTOR. Een andere ontwikkeling is een app-store achtige omgeving waarin voor geotechniek specifiek digitale hulpmiddelen staan. Deze hulpmiddelen, zoals interpretatie van sonderingen en samenstellen van geotechnische profielen, worden microservices voor de geotechnische ingenieur genoemd. Deze ontwikkelingen worden gedreven door een community van gebruikers die als collectief meedenkt en mee ontwikkelt. Tevens worden door CEMS in het VIKTOR platform commerciële geotechnische microservices aangeboden. Ook deze gevalideerde “rekenharten” kunnen door de geotechnisch ingenieur als digitale bouwblokken worden ingezet. Deze innovaties samen zorgen voor een versnelling van het geautomatiseerd ontwerpen. In dit artikel wordt ingegaan op de achterliggende filosofie van deze ontwikkeling. Hoe kan het platform met microservices effectief worden gebruikt en wat zijn de mogelijke ontwikkelingen op korte en langere termijn.

 

KERNWOORDEN 

Automatisering, Parametrisch ontwerp, Platformtechnologie, Toekomst Engineering, Geotechniek

De Digitale Transformatie

Wat is de digitale transformatie? Specialistische (geotechnische) software en CAD-programma’s zijn op dit moment een belangrijk hulpmiddel van de ingenieur. Digitale transformatie betekent niet alleen dat de bestaande software nog meer doorontwikkeld, maar betekent vooral op een andere manier gebruik maken van de digitale hulpmiddelen, dit geldt zowel voor software áls hardware. Digitale transformatie betekent ook een volgende stap zetten door bewustwording van de mogelijkheden die de huidige ontwikkelingen in digitalisering kunnen bieden. In plaats van een hulpmiddel voor het (zware) rekenwerk worden softwareapplicaties gekoppeld om processen te automatiseren. Een betere integratie van applicaties kan ook tot andere processen leiden waarbij de mens vooral kwaliteitsborging uitvoert, waar omvangrijke gevoeligheidsanalyses uitgevoerd kunnen worden en meer (optimale) ontwerpoplossingen gegenereerd kunnen worden. Nieuwe methoden zoals Parametrisch Ontwerpen, Machine Learning en Digital Twin zullen een rol spelen bij deze ontwikkelingen. Snelle technologische innovaties maken de digitale transformatie allemaal mogelijk. Na de computer en het internet revolutie, kenmerkt deze digitale revolutie zich meer door een aaneenschakeling van doorbraken op verschillende technologische gebieden (Schwab, 2016). Vooral de snelheid van veranderingen die plaatsvinden (Ismail 2014) kenmerkt deze revolutie, evenals de impact die veranderingen zullen gaan hebben op onze manier van werken. De voordelen van technologische innovaties zijn nu al zichtbaar in meerdere bedrijfstakken, maar de Bouw en Infra sector blijven op dit moment achter. Echter, ook voor deze sector zijn fundamentele veranderingen mogelijk en zeker ook voor engineering op het gebied van geotechniek en geohydrologie.. De relatief lage winstmarges in de Bouw en Infra sector zorgen weliswaar voor een beperkt budget waardoor de innovatie snelheid wordt beperkt, maar dit mag ons niet remmen in het verkennen en oppakken van deze veranderingen.

Uitdaging

De klassieke software voor de geotechnisch ingenieur bestaat uit Plaxis, D-Serie, andere specialistische software en zelf ontwikkelde tools in MatLab en Excel. Het grote nadeel van deze software is dat koppelingen onderling niet mogelijk of gebrekkig zijn en de schaalbaarheid in uitvoeren van berekening gering is. Ook koppelingen met software van andere (technische) disciplines is vrijwel niet mogelijk. Een ander groot nadeel is dat de huidige software onvoldoende gebruik kan maken van Cloud toepassingen als snel rekenen en dataopslagcapaciteit.

Het ontwikkelen, beheren en verspreiden van eigen softwareontwikkelingen vraagt andere kennis en discipline binnen een bedrijf, onder andere op het gebied van versiebeheer. Geotechnische specialisten ontwikkelen op dit moment ook al rekentools in de vorm van scripts tot uitgebreide Excel-spreadsheets. Om hier bedrijfsbreed eenduidig mee te kunnen werken wordt al gevraagd om een verregaande vorm van regulering, hetgeen relatief tijdrovend werk is.

Er bestaat de behoefte binnen bedrijven om de geotechnische domeinkennis te integreren in bedrijfs- of project specifieke processen om te komen tot standaardisatie en geautomatiseerde werkprocessen. Standaard software is hiervoor niet toereikend genoeg of geschikt. Een belangrijke vraag is hoe deze software te gebruiken in nieuwe geautomatiseerde processen. Simpelweg niet meer gebruiken is voor grote software pakketten als Plaxis, D-Serie niet mogelijk. Deze technische uitdagingen vragen om een verandering van de huidige werkwijze, hetgeen geen makkelijke opgave is wanneer een ontwerp moet worden opgeleverd en is een evenzo grote uitdaging als de technische veranderingen.

VIKTOR ontwikkelplatform

Applicatieontwikkeling is de ontwikkeling van een computerprogramma dat is ontworpen om activiteiten uit te voeren om mensen te helpen. In dit geval het ontwikkelen van applicaties voor kleine en/ of grote engineering- en bouwprojecten. Ontwikkelingsplatforms maken de ontwikkeling van maatwerkapplicaties mogelijk. Dergelijke platforms faciliteren ontwikkelaars van verschillende ervaringsniveaus om snel applicaties te maken die een grafische gebruikersinterface bevatten, de mogelijkheid hebben om gegevens te verzamelen en te verwerken, kunnen integreren met andere disciplines en inzichten kunnen bieden aan de eindgebruiker. De implementatie van dit type software is echter nog beperkt in de bouwsector. Andere bedrijfstakken zoals verzekeringen, banken en de gezondheidszorg hebben laten zien dat low-code ontwikkelingsplatforms voor eigen te ontwikkelen applicaties gebruikt kunnen worden door eigen medewerkers, eventueel (in het begin) ondersteund door professionals. Daarmee kunnen medewerkers, zonder IT of een basiskennis van programmeertalen eigen softwareapplicaties ontwikkelen die delen van de eigen bedrijfsprocessen automatiseren. De in dit artikel beschreven platformtechnologie zal dezelfde mate van flexibiliteit bieden die deze low-code ontwikkelingsplatforms hebben.

 

VIKTOR is een industrie-specifiek applicatieontwikkelingsplatform dat een integratie biedt van elementen die nodig zijn in de bouwsector, zoals gegevensbeheer, herbruikbare componenten, ontwikkelingssnelheid, IP-bescherming, en eenvoudige bruikbaarheid en uitwisseling. Het is gebaseerd op een Python framework en heeft industrie-specifieke integraties met bijvoorbeeld FEM-software, Map View, interactieve grafieken en 3D model viewer. Dit houdt in dat de ingenieur alleen hoeft te weten hoe hij Python-code moet schrijven om zijn engineering logica te kunnen bouwen en implementeren in een web-based toepassing. Het platform biedt de mogelijkheid om gegevens, modellen en analyses te centraliseren en te verspreiden onder andere deskundigen, zodat het fungeert als één single point of truth (figuur 1).

Figuur 1 – Voordelen van werken en ontwikkelen in een web-based toepassing

Het VIKTOR platform is ontwikkeld met een focus op functionaliteit. De infrastructuur wordt volledig in de Cloud gehost en is automatisch schaalbaar, waardoor de kracht van Cloud computing wordt geactiveerd om complexe modellen te analyseren, gevoeligheidsanalyses uit te voeren, probabilistische ontwerpen te maken en batchberekeningen uit te voeren. De gebruikerstoegang kan worden beheerd via platforms zoals Microsoft Azure door gebruik te maken van single sign-on. Hier kunnen gebruikersbeheergroepen worden aangemaakt om rollen en machtigingen toe te wijzen aan specifieke personen, wat het mogelijk maakt om met meerdere geotechnische ingenieurs parallel aan hetzelfde document te werken.

Hieronder zie je een VIKTOR applicatie met links een semi-flexibele editor met parameters en velden met meer dan 20 verschillende widgets. Aan de rechterkant zijn er interactieve outputfunctionaliteiten, zoals grafieken, 3D-modellen, tekeningen en rapportgeneraties, die bijvoorbeeld de visualisatie van bodemgegevens (zoals sonderingen) in interactieve grafieken en geografische informatie op een kaart mogelijk maken (figuur 2).

Figuur 2 Impressie van het VIKTOR platform

 

Digitale bouwstenen

In het algemeen zijn objecten te zien als digitale bouwstenen voor het maken van een groter softwareprogramma. Door in bouwstenen te werken worden specialisten in staat gesteld hun objecten te bouwen, te onderhouden, te verbeteren en te delen. Domein-specifieke softwarepakketten worden niet meer gezien als het eindantwoord, maar maken onderdeel uit van een groter proces.

Tegenwoordig kunnen veel commerciële softwarepakketten ook met Python worden aangestuurd. Dit is zeer krachtig, omdat het de ingenieur in staat stelt deze softwarepakketten te gebruiken als elke andere digitale bouwsteen in de code. Als voorbeeld kan een Excel kostenmodel worden gecombineerd met een funderingsberekening in FEM om automatisch de goedkoopste oplossing te vinden die voldoet aan het draagvermogen.

Web-based

In organisaties en projectteams behoren distributie en versiebeheer tot de belangrijkste uitdagingen. Excel heeft bijvoorbeeld geen versiebeheer. Sheets kunnen eenvoudig worden opgehaald van de server van het bedrijf, maar hoe wordt ervoor gezorgd dat de laatste en gevalideerde versie wordt gebruikt en hoe wordt gegarandeerd dat bijgewerkte sheets compatibel zijn voor elke toepassing? Bedrijven maken daarom vaak in-house tools om deze processen te managen. Helaas zijn deze tools vaak lastig aanpasbaar, ingewikkeld te gebruiken en alleen te beheren door de initiële maker, wat een grote bottleneck vormt.

Om dergelijke tools goed te managen, is het beter om deze in programmeercode vast te leggen en te beheren. Het probleem is echter dat de meeste mensen niet over programmeervaardigheden beschikken. De oplossing hiervoor is een web-based tool inclusief een goede gebruikersinterface met gemakkelijk te begrijpen visualisaties van de resultaten. Dit maakt de toepassing toegankelijker voor iedereen. Een web-based toepassing is zeer nuttig omdat versiebeheer hierbij gegarandeerd is. Levering van updates is eenvoudig te beheren door nieuwe applicatieversies uit te brengen. Alleen de laatste versie dient online te worden gezet zodat direct iedereen met de juiste versie werkt.

Samen bouwen

Elk bedrijf in de Bouw en Infra sector is bezig met digitale transformatie en maakt dezelfde ontwikkelingen door. Het is onnodig duur, traag en risicovol als iedereen deze ontwikkelingen apart doet. Door in digitale bouwstenen te denken, is samenwerking binnen deze ontwikkelingen met collega-bedrijven en ingenieursbureaus eenvoudig en worden veel van de eerdergenoemde nadelen weggenomen. Het ontwikkelen van kleine bouwstenen die elk bedrijf nodig heeft is een ontwikkeling die gemakkelijk in samenwerking met andere bedrijven kan worden gedaan. Op deze manier samen ontwikkelen zit de concurrentie niet in de weg. Het onderscheidend vermogen zit niet in de bouwsteen zelf maar in wat elk bedrijf met deze bouwsteen in de eigen bedrijfsprocessen doet.

In Nederland zijn verschillende grote infrastructuurbedrijven begonnen te experimenteren met deze manier van softwareontwikkeling. Zij hebben het voortouw genomen in het versnellen van de digitalisering van het bouw- en ontwerpproces in het samenwerkingsverband de Digital Engineering Community (DEC) (https://www.digitalengineeringcommunity.nl). In deze gemeenschap kunnen de deelnemers efficiënt samenwerken zonder hun specifieke kennis prijs te geven. De focus ligt op de ontwikkeling van digitale bouwstenen die daarnaast ook gecombineerd kunnen worden in de ontwikkeling van volgwaarde applicaties. In elk individueel bedrijf worden deze bouwstenen of applicaties gebruikt om specifieke toepassingen te maken die het eigen engineering- of bouwproces optimaliseren, versnellen en hierbij kosten besparen.

App-store en Microservices

De digitale bouwstenen die in deze paper worden beschreven, kunnen worden beschouwd als een microservice. Een microservice is een op zichzelf staand stuk functionaliteit met duidelijke communicatie-interfaces. De microservice voert dus een specifieke taak uit en kan alleen of samen met andere microservices een applicatie vormen.

Een groot voordeel ten opzichte van de oude monolithische softwareprogrammering is dat elke microservice afzonderlijk kan worden getest en geüpdatet, en ook afzonderlijk kan worden geschaald en gemonitord. Microservices zijn technologie agnostisch en kunnen worden geïmplementeerd met verschillende programmeertalen, databases, hardware en software omgeving, afhankelijk van wat het beste past.

Naast het ontwikkelen van dergelijke bouwstenen in een community, kunnen ingenieurs en bedrijven zelf het initiatief nemen om microservices te ontwikkelen. Een belangrijk voordeel is dat het ontwikkelende bedrijf of de engineer, de kwaliteit van de bouwsteen waarborgt en deze onderhoudt voor hun klanten. Het zorgt voor updates en gebruikt geautomatiseerde tests om de kwaliteit van nieuwe updates te controleren.

Geotechnische microservices, gebundeld onder GeoTools, zijn net als geotechnisch ingenieurs, onderdeel van een integraal ontwerpproces. Ervaren ontwikkelaars zullen in staat zijn om een engineering pipeline van microservices te maken. Voor de engineer-ontwikkelaar kan de toegang eenvoudig worden gemaakt in een Application Development Platform zoals VIKTOR, wanneer het een App Store-achtige functionaliteit bevat waarin verschillende microservices worden aangeboden en eenvoudig kunnen worden opgenomen in een ontwerptoepassing.

 

Pilecore Microservice

De PileCore Microservice is een voorbeeld van een geotechnische microservice die zowel als standalone kan worden gebruikt als in combinatie met andere tools in een Application Development Platform. Voor dit platform wordt gebruikt gemaakt van het VIKTOR platform. Het VIKTOR platform fungeert als gebruikersinterface in combinatie met alle andere bijkomende voordelen als gebruikerstoegang, versiegeschiedenis, administratie, en meer.

De microservice zelf opereert in Google Cloud met behulp van digitale diensten zoals Docker en Kubernites. Het bedrijf CEMS heeft de microservice ontwikkeld en is momenteel bezig meerdere Microservices te ontwikkelen. Dit bedrijf komt voort uit CRUX en staat in voor de kwaliteit van de dienst. Zij onderzoeken dit als een nieuw bedrijfsmodel en zijn illustratief voor de digitale transformatie in ons vakgebied.

PileCore is een Python bibliotheek, opgebouwd uit verschillende bouwstenen, waarbij wordt gestreefd naar het volledig geautomatiseerd uitrekenen van het paaldraagvermogen. Dit betekent dat berekeningen van begin tot eind moeten kunnen worden uitgevoerd op basis van een set gegeven parameters. PileCore is bijvoorbeeld in staat om sonderingen automatisch te interpreteren met behulp van een Machine Learning algoritme (Vink, 2019), automatisch het overgangsniveau tussen negatieve en positieve schachtwrijving te bepalen en automatisch paalgroepen te optimaliseren.

Zonder de ingenieur kunnen de berekeningen worden geparallelliseerd en geoptimaliseerd via Bayesiaanse optimalisatie. Hoewel geautomatiseerd ontwerpen het uiteindelijke doel is, speelt de ingenieur nog steeds een essentiële rol in het controleren van tussenresultaten en het sturen van het proces en de resultaten.

PileCore is een combinatie van verschillende modules of bouwstenen die in deze specifieke microdienst kunnen worden gebruikt, maar ook een functie kunnen hebben in andere geotechnische toepassingen, zoals wordt toegelicht in tabel 1.

Micro-dienst Bouwsteen Beschrijving
Pilecore pygef leest GEF-bestanden en interpreteert sonderingen met Robertson/Been&Jefferies + plot
gef-model bodemclassificatie op basis van Machine Learning
nen-table definieert bodemeigenschappen volgens NEN9997-1 tabel 2b
PileProp definieert paal eigenschappen
SoilStress berekent de bodemspanning in een bodemprofiel
Pilecalculation berekening draagvermogen volgens NEN9997-1
PileSettlement berekening zetting van palen volgens  NEN9997-1
PileGroup het genereren van geldige groepsconfiguraties voor drukpalen die voldoen aan de NEN9997-1 ontwerpregels
ReportGen genereert een rapportage

Grondlichamen applicatie

Meerdere microservices kunnen worden gebruikt tot de ontwikkeling van een applicatie. Door de bouwbedrijven BAM, Ballast Nedam, Dura Vermeer, Heijmans en Volker Wessels is een applicatie ontwikkeld voor het ontwerpen van grondlichamen op slappe bodem. Verschillende onderdelen van het ontwerpproces voor het ontwerpen van nieuwe aardebanen of verbredingen zijn hierbij geautomatiseerd.

Het huidige ontwerpproces bestaat uit het kiezen van maatgevende dwarsprofielen en voor deze profielen zettingsversnellende maatregelen bepalen. Het handmatig berekeningen met een aantal keuzes in de parameters: verticale drainage, extra belasting, en zettingstijd, is tijdrovend en repeterend werk. Het levert altijd vragen voor aanvullende berekeningen met andere combinaties van parameters op. Na wijziging van de grondparameters moeten de maatgevende berekeningen opnieuw handmatig worden herzien, wat de kans op fouten vergroot.

Een van de belangrijkste kenmerken van de applicatie is dat er niet een beperkt aantal combinaties aan oplossingen wordt berekend, maar dat er een database van oplossingen wordt gecreëerd. Elk profiel standaard doorgerekend met vooraf opgegeven keuzes in: h.o.h. afstand verticale drainage, extra overhoogte en zettingstijd. Als voorbeeld er wordt voor elke parameter 3 opties gekozen. In dat geval worden 3x3x3 berekeningen per dwarsdoorsnede bewaard. Alle resultaten worden vervolgens gecontroleerd op zettingseisen (langs- en dwarsvlakheid) en van een kenmerk voorzien. Op basis van de resultaten in de database kan vervolgens worden gezocht naar de beste combinatie aan maatregelen. Groot voordeel is dat bij aanvullend bodemonderzoek of bij wijzigingen het herrekenen van de profielen letterlijk een ‘druk op de knop’ is geworden, waardoor alle resultaten worden bijgewerkt op basis van de nieuwe uitgangspunten.

In het huidige ontwerpproces leidt dit type berekeningen tot veel interactie en communicatie tussen projectleiding, ontwerpers en geotechnisch ingenieurs. De kans op fouten neemt dan snel toe. De applicatie zorgt voor een geheel nieuw geautomatiseerd proces waarbij interactie tot een noodzakelijk minimum is beperkt. De geotechnische ingenieur checkt de uitgangspunten en randvoorwaarden, waarna de computer alle berekeningen uitvoert. De ingenieur controleert de output, stelt deze eventueel bij en geeft uiteindelijk de database met resultaten vrij. Het projectmanagement kan vervolgens vrijelijk zoeken naar de meest ideale oplossing, zoals bijvoorbeeld kosteneffectiviteit, minimale tijdsbesteding, of zelfs minimaal transport.

De volgende stap in de ontwikkeling van de applicatie is het functioneel uitbreiden met bijvoorbeeld macrostabiliteit en de integratie met GEOLIB (Visschedijk, 2020).

Marktontwikkeling

De toekomst is niet te voorspellen, maar dat de manier waarop de geotechnisch ingenieur werkt zal gaan veranderen is een vrij zeker gegeven. De automatisering van saaie, repetitieve taken wordt zonder twijfel als een positieve verandering beschouwd. De manier waarop toepassingen als de Grondlichamen applicatie of de mogelijkheden die Microservices als PileCore ons gaan bieden onze manier van werken zullen gaan veranderen hangt mede af van de ontwikkelingen rondom de vakdiscipline geotechniek.

Op technisch niveau zijn de opkomst van BIM en de integratiemogelijkheden van engineeringsdata veelbelovend. BIM introduceert een single source of truth en met de combinatie en integratie van gespecialiseerde applicaties zullen wijzigingen of nieuwe releases direct zichtbaar worden in het BIM-model. Dit model zal meer en meer een virtuele weergave van het ontwerp worden en zal hoogstwaarschijnlijk de basis voor een Digital Twin gaan vormen.

Het bouwen van een virtueel model voor echte ‘walk through’ visualisaties gaat de belevenis van het ontwerp veranderen. Kwaliteitscontroles worden visueel en zelfs ‘serious gaming’ wordt mogelijk, waarmee de ondergrond digitaal gevisualiseerd en toegankelijk wordt gemaakt. Koppeling met machinebesturingsmodellen voor robotisering van de uitvoering zal de volgende logische stap in het digitaliseringsproces zijn.

Op bedrijfsvoeringniveau zal het business model van bedrijven waarschijnlijk gaan veranderen. Voor ingenieursbureaus zal het urenmodel meer veranderen in een kennisleverancier. Veel van de capaciteit en kennis zullen via eigen applicaties, microservices of andere nieuwe dienstverlening aan klanten worden geleverd. De dienst zal voor een belangrijk deel op een digitale manier worden geleverd en een integraal onderdeel zijn van een groter ontwerpproces waar veel meer bedrijven vanuit andere invalshoeken betrokken gaan worden. Voor bouwbedrijven is nog onduidelijk hoe BIM het ontwerpproces gaat beïnvloeden en hoe het virtuele model geïntegreerd gaat worden als robotisering het bedrijfsmodel gaat beïnvloeden.

Ingenieur van de toekomst

De hierboven beschreven ontwikkelingen leiden tot een gevoel van urgentie voor geotechnische ingenieurs en voor bedrijven in het algemeen (althans, dit zou in ieder geval wel moeten!). Geotechnische advisering is een vaardigheid die zonder domeinkennis en ervaring niet mogelijk is. Maar misschien even belangrijk zijn de condities waarin ontwerpen worden gemaakt en die per fase van een project en per bedrijf anders kunnen zijn. De noodzaak om meer en meer vanuit informatie (data) te gaan werken lijkt een logisch toekomstbeeld. Toekomstige applicaties, eventueel verrijkt met algoritmen, blijven in de nabije toekomst slechts lege hulzen als deze niet worden gevuld met gevalideerde gegevens en door ervaren professionals worden gecheckt.

De uitdaging zal zijn dat de ingenieur de baas blijft over het proces en controle uitoefent over input en output. De voorbeelden hebben aangetoond dat er een verschuiving zal plaatsvinden in het proces waarin de geotechnisch ingenieur opereert. De geotechnisch ingenieur zal echter nog steeds hard nodig zijn voor de kennis en ervaring met geotechniek.

Maar de ingenieur van de toekomst zal waarschijnlijk meer vaardigheden nodig hebben dan alleen geotechnische domeinkennis. Om bij te kunnen dragen in de digitale ontwikkelingen zal voor een deel van de geotechnische ingenieurs kennis van Python (en ander programmeertalen) waarschijnlijk noodzakelijk worden. Een (ander) deel zal zich mogelijk gaan omvormen tot geotechnische ‘data scientist’ om de groeiende hoeveelheden data te kunnen blijven controleren en om hierin overzicht en duidelijkheid te verschaffen. Het nemen van (persoonlijk) eigenaarschap in deze ontwikkeling is essentieel om relevant te blijven in het vakgebied. Het omgaan met verandering is van alle tijden. Misschien lijkt het een bedreiging, maar leren en kennis opdoen over digitalisering gaat zeker leiden tot het zien van kansen.

 

BRONVERMELDING 

Gartner, 2019, Gartner Magic Quadrant for Enterprise Low-Code Application Platforms, https://www.gartner.com/en/documents/3956079/magic-quadrant-for-enterprise-low-code-application-platf

Ismail S., Malone, M.S. en Van Geest, Y, 2014 Exponential Organizations. Diversion Books, New York.

Schwab K., 2016, De Vierde Industriële Revolutie. Penguin, UK.

Vink R., 2019, Volledig geautomatiseerde bodemclassificatie met een Convolutional Neural Network en Location embeddings, https://www.ritchievink.com/blog/2019/04/02/fully-automated-soil-classification-with-a-convolutional-neural-network-and-location-embeddings/

Visschedijk M., 2020 (Nederlands) GEOLIB: geotechnische software voor geautomatiseerd rekenen in GWW, https://www.otar.nl/geolib-geotechnische-software-voor-geautomatiseerd-rekenen-in-gww/

Figuur 3 – Overzicht VIKTOR platform, App-store en Microservices
Figuur 4 – Visualisatie van microservice PileCore
Figuur 5 – Dwarsdoorsnede Grondlichamen applicatie

Geef een antwoord

Hey engineer (to be)

Wat zou jij nog toegevoegd willen zien op onze site?
Meer content over Industrieel Ontwerp en Big Data
of is juist Civiele techniek jouw ding?!